China

auteur: 
Edward Rutherfurd
ISBN nummer: 
9789026155680
uitgeverij: 
De Fontein
Body: 

China.jpgChina, 1839. Het Westen hongert naar Chinese thee, maar heeft niet genoeg zilver om die te kopen. In plaats daarvan betalen handelaren met gesmokkelde opium, iets wat de Chinese keizer een doorn in het oog is. Het begin van de Opiumoorlogen van de negentiende eeuw, die alle mensen in China, van rijk tot arm, Chinees en westers, mannen en vrouwen, treffen.
In deze magistrale roman trekt Edward Rutherfurd, de auteur van epische romans alsNew YorkLonden en Parijs, je mee in de levens van deze mensen. Hij schetst daarmee een blik op de eeuw die China vormde tot de wereldmacht die het vandaag is.

Avonturenroman tegen de achtergrond van de Chinese kolonisatie door het Britse imperium tijdens de 19e eeuw.

De feiten kennen we uit de geschiedenis. Het Britse koninkrijk is (was) de grootste koloniale mogendheid. Favoriete tijdsbesteding voor de burgerij is ‘a good cup of tea’. De beste thee kwam uit China. Als exportmiddel bood het westen opium aan, geteeld in Indië, te ruilen voor thee en zilver. De Chinese keizer overzag wel de noodlottigheid van de opiumhandel maar was niet bij machte hem te stoppen. Engelsen waren baas op zee, ondersteunden de piraterij en voorzagen via de Chinese zee de kustgebieden Shangai, Zhapu, Chusan, Guangzahou en Hong Kong van tonnen opium.

China kende een tijdperk van stagnatie en corruptie. De schatkist was leeg, hongersnoden teisterden het land, het zomerpaleis van de keizer werd half kapot geschoten, Mandarijnen leefden van steekpenningen, provinciegouverneurs waren op straffe van dood bang de keizer met slecht nieuws te informeren, het aloude confucianisme was net als de militaire slagkracht uit de tijd en de koloniale wolven cirkelden rond China heen. Rusland annexeerde in het noorden, Birma was aan de Britten, Frankrijk was meester in Vietnam en Taiwan, Japan in Korea. De Keizer vluchtte naar het noorden en het Hemelse Rijk werd tot in de grond vernederd. In de beginjaren waren er nog moedige ambtenaren, die de strijd aanbonden tegen de opiumhandel en de Keizer naar de moraal van Confucius tot in de dood getrouw waren, maar mede met de komst van de missionarissen zochten zelfs de eunuchen naar geldelijke middelen om hun opgebaarde geslachtsdelen terug te kopen om als volwaardig mens begraven te kunnen worden.

De Keizerlijke dynastie verloor alle gezag, sterker nog, China werd gedwongen tot terugbetalingen van alle in beslag genomen opium. Tonnen zilver, grondgebied als bijvoorbeeld de concessie van Hong Kong, maakten onder toezicht van hare majesteit in Londen hard gemaakt door haar zwaarbewapende zeevloot en een aantal Britse ambtenaren, maar vooral avontuurlijke jonge handelaars (anders genoemd drugleveranciers en piraten) schatrijk. Zo ontstond de grote wereldwijde drugstrafiek, onder Koninklijke bescherming, voor ‘a good cup of tea’.

Voor Edward Rutherfurd is deze koloniale geschiedenis van China het decor voor zijn nieuwe roman. Eerder schreef hij ‘New York’, ‘Parijs’, ‘Londen’ en ‘Rusland’, met fictieve personages die een stukje geschiedenis voorwendden. Rutherfurd is pseudoniem voor Francis Edward Wintle, geboren in 1948 in Salisbury. Zijn boeken worden wel eens vergeleken met historische romans van James Michener en Leon Uris.

Deze roman begint in 1839 aan het begin van de Eerste Opiumoorlog tussen de Quin (Manchu)-dynastie en het westen waarop de gebeurtenissen volgen die leidden tot de val van de Qing en Keizerin Cixi, de boxeropstand, tot Dr.Sun Yat-sen, revolutionair en eerste president van China. Geschiedenis die werd geromantiseerd in ‘Saving General Yang’ en in de boeken van sinoloog Edmund Backhouse in het begin van de twintigste eeuw.

Het verhaal

Een jonge Engelsman, John Trader verlaat Calcutta en investeert alles wat hij heeft in de opiumhandel. De Chinese keizer besluit echter de handel te vernietigen. Terwijl de Chinezen in het verleden thee aan de Britten verkochten voor zilver, kopen ze nu met hetzelfde zilver opium van de Britten, waardoor een monetaire en economische crisis ontstaat. Hij wordt verliefd op een Schotse dame van adel en wil alles bereiken om haar een landgoed te bezorgen.

Mei-Ling, afstammeling van de Hakka, is een eenvoudig boerenmeisje met ongebonden voeten en voorbestemd om te trouwen met een eenvoudige boer. Haar geadopteerde jongere broer Nio zal een belangrijke rol spelen in de Taiping-opstand, een bloedige burgeroorlog tussen de Manchu Qing-dynastie en het door Hakka geleide Hemelse Koninkrijk. De laatste rebellen zouden pas in 1871 worden verslagen, daarbij kwamen 30 tot 50 miljoen mensen om. Tijdens de dynastieke chaos is er de oorlog met de Britten. De Chinezen probeerden de Britten naar ondiepe wateren te lokken opdat de Britse oorlogsschepen zouden stranden, maar de Britten sloegen terug met de komst van de Nemesis, een door stoom aangedreven oorlogsschip, in staat te navigeren in ondiep water en gemaakt van metaal, waardoor het vrijwel onverwoestbaar was in vergelijking met de houten Chinese drakenboten.

De keizerin-weduwe Cixi, die in de Qing-dynastie regeerde van 1861 tot haar dood in 1908, is een echt historisch personage, aan de lezer voorgesteld door een eunuch in het Zomerpaleis, Lacquer Nail.

In de roman is Shi-Rong is dan weer fictief, een jonge mandarijn, die zijn carrière edelmoedig begint als rechterhand van commissaris Lin, door de keizer aangesteld om de opiumhandel te vernietigen. Om te overleven zal Shi-Rong  zijn eeuwenoude godsdienst verloochenen, mislukken als zoutcommissaris maar met heimwee in vrede sterven. Zijn kleinzoon wordt ingenieur, het symbool voor industriële vernieuwing.

Edward Rutherford laat ons kennismaken met vele personages, westerse opiumhandelaren, gewone Chinezen, krijgers, ambtenaren, eunuchs, piraten en een Engelse missionaris. Aan het begin van het boek lijken de verschillende verhalen volledig gescheiden, maar naarmate de geschiedenis vordert, worden ze slim met elkaar verweven.

Positief lijkt dat een grote verscheidenheid aan rijk ontwikkelde karakters  de gebeurtenissen vanuit meerdere perspectieven benaderen, minder fraai is dat het wel altijd vanuit een Europese bril gebeurt. De grootste sympathie in het verhaal gaat uit naar John Trader, de Engelsman die carrière maakt, het Schotse landgoed en de mooie barones ambieert. De piraat drinkt zijn kopje thee. Maar geschiedkundig valt er weinig te romantiseren aan de grove indringers die Chinese mensen dwongen tot een epidemische drugsverslaving, honderdduizenden gezinnen van hun akkers verdreven, Europese missionarissen die honderden baby’s vermoordden, zij die tempels en paleizen plunderden en verwoestten, dorpen met mensen erin platbrandden, pure kolonialisten, goudzoekers en echte piraten.

Het is de oude Shi-Rong die zijn leven bij zijn kleinzoon beschouwt met de wijze woorden:

‘maar is in wezen is het altijd hetzelfde. Een dynastie degenereert langzaam. Buitenstaanders komen binnen. Insiders komen in opstand. Het mandaat van de hemel wordt ingetrokken. De dynastie valt. Een periode van chaos en krijgsheren volgt. Eindelijk wordt de orde hersteld door een nieuwe dynastie, meestal van binnenuit. Het oude rijk herrijst weer voor een paar eeuwen’.

Edward Rutherfurd is dan wel een adembenemend verteller die met China opnieuw een grootse roman schrijft en een beeld schetst van een stukje geschiedenis van de 19de eeuw, maar het blijft een westerse koloniale vertelling over een groots verleden, heldhaftigheid, sluwe oorlogsvoering, geloofsovertuiging en romantische adellijke vermakelijkheden. Geschiedkundig brengt de roman weinig bij tot een beter begrip over de verhoudingen tussen oost en west vandaag maar als roman adembenemend om te lezen.

Koen E., huisrecensent

prijs: 
€ 29.99