Gaan liggen om te sterven

auteur: 
Adalet Agaoglu
ISBN nummer: 
9789491921667
uitgeverij: 
Jurgen Maas
Body: 

Gaan liggen om te sterven.jpgAnkara, 1968. Aysel, succesvol docente aan de universiteit, getrouwd met wetenschapper Ömer, gaat naar een hotel. Ze verkeert in een persoonlijkecrisis en hoopt in deze kamer te sterven. Wachtend op de dood overziet ze haar leven, de maatschappelijke context waarin ze is opgegroeid, de taken waar de nieuwe republiek Turkije jongeren voor heeftgesteld, de keuzes die ze in haar leven heeft gemaakt.
Kort daarvoor heeft ze het bed gedeeld met een van haar studenten, Engin, een jongen uit een arbeidersmilieu, actief in de beweging
van 1968. De gebeurtenis confronteert Aysel met een andere sociaal-economische klasse, een andere generatie, een ander idee van vrijheid. Wat betekent vrijheid eigenlijk? Kun je als vrouw wel vrij zijn? En wat voor rol spelen seksualiteit en gevoel in een maatschappij waar zoveel nadruk ligt op intellectuele ontwikkeling? In een collage van romantekst, brieven en dagboekaantekeningen belicht de roman de dilemma's waarvoor vrouwen gesteld worden - in Turkije maar ook in Nederland en Vlaanderen.

Het is een huizenhoog cliché, maar met wat ik niet gelezen heb kun je menige bibliotheek vullen. Er verschijnen elk jaar opnieuw prachtige romans die volledig aan mij voorbijgaan. Daar is overigens niets mis mee, maar soms beschouw ik dat als een gemis. Een van de vele hiaten in mijn letterkundige horizon is Turkije. Als je Nederlandse schrijvers met Turkse achtergrond buiten beschouwing laat, en waarom zou je die niet als Nederlandse schrijvers zien, kom ik niet verder dan Ahmet Altan, Nazim Hakmet (een van mijn favoriete dichters), Orhan Pamuk, Yusuf Atilgan en Elif Shafak. Een snelle blik op Wikipedia leert me dat er nog minstens 200 schrijvers zijn die ik in de komende jaren kan ontdekken. De ambitieuze Berberbibliotheek van uitgeverij Jurgen Maas kan hier allicht soelaas bieden, want een deel van die schrijvers is daarin opgenomen.
Adalet Ağaoğlu is een van de onbekenden die sinds kort uit de schaduw van mijn onwetendheid is getreden dankzij haar intrigerende roman ‘Gaan liggen om te sterven’ (prima vertaald door Hanneke van der Heijden). In dat fragmentarisch opgebouwde boek, dat opgedeeld is in uitvoerige dagboekaantekeningen, stukken proza, brieven en krantenartikelen, volgen we Aysel, een docente aan de universiteit van Ankara. Na een slippertje met haar student Engin – de verpersoonlijking van de arbeidersklasse – neemt ze haar intrek in een hotelkamer en gaat daar op bed liggen met de vaste intentie te sterven. Wat op zich lang zo simpel niet is: “Soms komt de dood niet erg snel. Moet je met de dood in gevecht. Misschien is dat de reden dat ik, op het moment dat het meest voor een lachbui in aanmerking komt, mijn buik inhoud om niet in lachen uit te barsten. Dat je juist wanneer je bent gaan liggen om te sterven met de dood in gevecht moet, dat is geen moment in me opgekomen.”
Terwijl ze op haar dood wacht, denkt Aysel terug aan haar jeugdjaren in een Turkse provinciestad, aan haar klasgenoten en het quasi-zorgeloze bestaan dat ze toen leed, ondanks het feit dat haar behoudsgezinde vader haar liever niet naar de middelbare school ziet gaan. Turkije ondergaat in die tijd echter ingrijpende progressieve hervormingen onder leiding van Kemal Mustafa Atatürk (van 1923 tot aan zijn dood in 1938), die ervoor ijvert dat Turkije uitgroeit tot een seculiere, industriële natie waarin mannen en vrouwen op dezelfde manier worden behandeld. Dat maakt van ‘Gaan liggen om te sterven’ meteen ook een soort van ooggetuigenverslag van de hervormingen in een land dat decennialang heeft vastgehouden aan traditionele waarden en daar soms schoorvoetend afstand van doet. Veel mensen uit de oudere generaties zweren bij het verleden, waar de veranderingen voor het gros van de jongeren dan weer niet snel genoeg kunnen gaan. Die wens om vast te houden aan wat men kent, botst maar al te vaak frontaal op de aandrang om het juk van het verleden af te werpen en het bord volledig leeg te vegen. Hoe langer het wachten duurt, hoe meer dat juk begint te irriteren.
Onderhuids blijft er veel borrelen in de Turkse samenleving: het niet-seculiere deel van de bevolking is niet van plan zich zomaar neer te leggen bij de verordeningen van de overheid, de tegenstellingen tussen het platteland en de grote steden krijgen steeds scherpere contouren, net zoals die tussen de vele etnische groepen die in het land leven, en ook de enorme kloof tussen de sociale klassen raakt maar niet gedicht. Door de dood van Atatürk leven al die sentimenten weer op.
Tegelijk werpt het boek een verhelderend licht op de plaats en de rol van vrouwen tijdens die omwenteling – en in zekere zin ook in ook op het heden, nu de religieuze invloed in Turkije weer lijkt toe te nemen. Aysel is namelijk een van die vrouwen die de klassieke standaard verwerpt en zich opperbest voelt als mondige en onafhankelijke vrouw. Ze trouwt, want dat is niet per definitie een conservatief residu uit het verleden, geeft les en volgt in grote lijnen haar eigen weg. Tot ze tegen de cruciale vraag aanloopt of dat allemaal wel voldoende is. Of dat de dingen zijn die haar leven waardevol maken: “Dat goedheid soms even slecht kan zijn als slechtheid leer ik bij jou. Zo slecht als het is om de kleine momenten te missen dat je mens kunt zijn, zo slecht is ook stompzinnigheid. Dat heb ik al zo vaak in romans gelezen, in films gezien, in toneelstukken aanschouwd, uit theorieën afgeleid. En toch, onvermijdelijk…”

Martin Overheul, redacteur Boekensite.gent

 

prijs: 
€ 24.99