Hier zijn we
Sublieme opvolger van Moeders Zondag
Brighton, 1959. Het theater aan het einde van de pier heeft sinds jaren niet zo’n goed zomerseizoen gekend. Ronnie, een briljante jonge illusionist, en Evie, zijn oogverblindende assistente, zijn de sterren van de show en zorgen avond aan avond voor volle zalen. Jack Robinson is de bij iedereen geliefde presentator, een geboren entertainer die de hele voorstelling draagt.
Terwijl de zomer vordert, voltrekt zich buiten het zicht van het publiek tussen hen drieën een drama dat een schaduw werpt over hun succes en dat ieders leven ingrijpend en voorgoed zal veranderen.
Een rijk en levendig, maar ook verpletterend verhaal – een meesterstuk van literaire tovenarij dat veel onthult over de menselijke conditie.
Volgens het woordenboek is een illusionist “iemand die zijn publiek dingen laat zien die eigenlijk niet kunnen gebeuren”. Het beeld dat we van de werkelijkheid hebben, is gebaseerd op waarnemingen via onze zintuigen en de verwerking van deze signalen in onze hersenen. Illusies zijn evenwel gebaseerd op foutieve waarnemingen van reële externe prikkels. Een bedreven illusionist speelt niet alleen in op dergelijke foutieve waarnemingen, hij zal ze naar zijn beste vermogen sturen en manipuleren, zodat we geloven dat hij zijn assistente in tweeën zaagt nadat hij haar eerst heeft laten zweven.
In zijn nieuwe roman ‘Hier zijn we’, uitstekend vertaald door Irving Pardoen, neemt de Engelse schrijver Graham Swift de lezer mee naar het wonderlijke leven van het variété in de Engelse kuststad Brighton. Het is 1959 en Brighton straalt nog grandeur, amusement en avontuur uit. In het plaatselijke theater op de pier treffen we de populaire presentator Jack aan, de buitengewone illusionist Ronnie en diens ravissante assistente Evie. Ze zijn jong, succesvol, ambitieus, een tikkeltje onbezonnen maar tegelijk ook bijdehand en uitgeslapen. Tussen deze drie ontvouwt zich een driehoeksrelatie waarin de lieftallige, maar evengoed berekenende Evie het begeerde middelpunt is.
Swift vertelt zijn verhaal vanuit het perspectief van deze drie personages en schakelt vlot over van heden naar verleden, waarbij het perspectief van Ronnie het meest aan bod komt. Hij groeit op in een gezin waarin de vader, een zeeman, vaak afwezig is en de moeder mentaal niet bij machte lijkt haar zoon zelfstandig op te voeden of enig toekomstperspectief te bieden. Tot overmaat van ramp verdwijnt de vader definitief als het schip waarop hij vaart op volle zee wordt geraakt door een Duitse torpedo: “Ronnie zou zijn vader gaan missen, ook al had hij hem maar zelden gezien, en hij probeerde de pijn van het gemis te verzachten met de zelfbedachte filosofische overweging dat hij zijn vader alleen maar kon missen (…) zoals je een geestverschijning kon missen maar niet iets wat er altijd is, zoals je iets kon missen wat er misschien helemaal niet geweest was. Maar gold dat niet voor alles?”
Aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog besluit de moeder dat haar zoon betere overlevingskansen heeft op het Engelse platteland dan in een grote stad als Londen. Ze stuurt hem, voor meerdere jaren zal later blijken, naar een klein dorpje in de schaduw van Oxford, waar hij terechtkomt bij het kinderloze echtpaar Eric en Penelope Lawrence. De bladzijden over de tijd als evacué geven een goed beeld van hoe het moet zijn om volledig afgesneden te leven van je verleden, je vertrouwde omgeving en van de mensen die je kent en vertrouwt. Tezelfdertijd laten ze zien hoe gemakkelijk kinderen zich aanpassen aan nieuwe omstandigheden, hoe inschikkelijk ze zijn in het aanvaarden van een veranderde realiteit: “Zijn jaren als evacué zouden zeer vruchtbaar voor hem zijn, maar bijna vanaf het begin ervoer hij de vreemde sensatie wat het betekent om je van iets bewust te worden, ingewijd te worden.”
Eric Lawrence is een goochelaar. Hij opent de deur voor Ronnie naar de wereld van het illusionisme. Ronnie besluit daar en dan dat dit zijn toekomst zal zijn. Jaren later ontmoet hij Evie, omdat zijn vriend Jack vindt dat hij dringend een assistente nodig heeft om de aandacht van het publiek op het juiste moment af te leiden. Ze zijn uiterst succesvol als het duo ‘de Grote Pablo en Eve’, het publiek staat rijen dik aan te schuiven om hun shows te zien. Ze beginnen, vrij voorspelbaar, een relatie met elkaar, maar dit verloopt erg moeizaam. Bij de moeilijk te peilen Robbie en, in mindere mate, bij de extraverte Evie speelt nog veel oud zeer uit het verleden en dat staat een gezamenlijk leven op de duur in de weg. Jack is de lachende derde en blijft dat tot hij sterft.
‘Hier zijn we’ is evenwel veel meer dan het verhaal van een driehoeksrelatie. Swift bouwt zijn roman minutieus op naar een grootse apotheose die feilloos aansluit op een wereld van schijn en werkelijkheid. Waarheid en waan lopen hand in hand, en het is zelfs voor de hoofdpersonages niet altijd even duidelijk hoe de vork nu in de steel zit: ‘Maar die avond, en alleen die avond was er nóg iets wat anders was – of iets totaal nieuws. Tenzij het allemaal inbeelding was. Maar hoe had het inbeelding kunnen zijn als de mensen het erover eens waren dat ze het duidelijk hadden gezien?”
De verbazende finale wordt gevolgd door een korte terugblik door de inmiddels bejaarde weduwe Evie, waarin ze probeert te reconstrueren wat er die bewuste avond op en naast het toneel van het theater op Brighton Pier is gebeurd. Swift is bedreven genoeg om de nieuwsgierige lezer slechts met mondjesmaat elementen aan te rijken om voor enig licht in de duisternis te zorgen. Het is een afdoend bewijs van zijn absolute vakmanschap dat die ietwat verlichte duisternis na het dichtslaan van het boek nog geruime tijd aanhoudt.
Martin Overheul, redacteur Boekensite Gent