Geheime kamers
Geheime kamers is Jeroen Brouwers’ grote roman over geheime liefdes, huwelijksbedrog en -bederf, hypocrisie en verraad gevolgd door vergelding. In filmische scènes ontrolt zich een merkwaardig drama, aan het slot waarvan alle betrokkenen zich kunnen afvragen: wat waren nu eigenlijk precies de gebeurtenissen die hiertoe geleid hebben? Is er in werkelijkheid eigenlijk wel ‘iets’ gebeurd.
Jeroen Brouwers wordt beschouwd als een van de grootste schrijvers van het Nederlandse taalgebied. Hij heeft een indrukwekkend en omvangrijk oeuvre opgebouwd van romans, verhalen, brieven, essays, feuilletons en polemieken.
In dit boek vertelt hoofdpersonage Jelmer van Hoff in de ik-stijl. Hij is veertiger, heeft jarenlang lesgegeven en is thuis met een burn-out. Hij is rusteloos, depressief en enkel zijn gehandicapte dochter Hanneke geeft zijn leven nog enige reden van bestaan. Hij woont met zijn vrouw Paula op een dobberende woonboot die ‘bij storm zal losslagen.’ Jelmer’s oude studievriend Nico heeft het ogenschijnlijk wel gemaakt in het leven. Hij is nu een gerenommeerd professor. Op een van zijn universitaire feestjes ontmoet Jelmer Nico’s vrouw Daphne en ze starten een geheime briefwisseling die alsmaar intiemer wordt… Gebeurt er verder veel? Schijnbaar gebeurt er het hele boek door niets. Maar toch worden vele geheime kamers stilaan opengebroken en volgt een nefaste geschiedenis over huwelijksbedrog, verraad, hypocrisie en macht.
Het boek lijkt rond één grote boodschap geschreven: hoe triest dit tranendal wel is, tragisch, en één grote valse liefde. Brouwers bestempelt het leven in deze roman als één langgerekte pessimistische klassieke tragedie waarbij op het einde het ‘doek wel moet vallen.’ Het enige kleine lichtpuntje is de liefde van de troosteloze, angstige en zielige vader voor zijn nietsvermoedende autistische dochter.
Van in het begin is duidelijk waar deze roman over gaat. Toch blijft het spannend, met knappe sprongen in de tijd, vol van metaforen. Net als in vele van zijn romans schrijft Brouwers ook nu uitgesproken stilistisch, soms op het barokke af, met een fijn gevoel voor humor, sarcastisch, met een magistrale woordenschat, levendig, meesterlijk, flitsend en soms warrig zoals gedachten nu eenmaal binnenkomen. Toch vond ik het vooral een deprimerend boek, zwaar op de hand als een drukkend ‘syndroom van down’. Maar dat is wellicht ook precies de boodschap die Brouwers wil meegeven: het leven is als de dood en teleurstellend.
Koen Elsen