Vlinders in november

In een donkere novembermaand wordt de vertelster van dit verhaal door haar man verlaten, vraagt een vriendin haar om voor haar zoontje van vier te zorgen omdat zij zelf moet worden opgenomen in het ziekenhuis, én wint ze in een loterij een zomerhuis. Ze besluit om samen met haar protegé Tumi op reis te gaan door het barre IJsland, op zoek naar een mooie plek voor haar nog te bouwen zomerhuis. Dat is nog niet gemakkelijk: Tumi is bijna doof en zeer slechtziend en leeft door deze beperkingen in zijn eigen wereld.

Met Vlinders in november laat Audur Ava Olafsdottir zien weke absurde en dramatische wendingen het leven kan nemen. Ze beschrijft op zowel ontroerende als geestige wijze een bijzondere en steeds intenser wordende relatie. Tegelijk is deze roadtrip voor de vertelster een persoonlijke zoektocht, waarbij ze wordt geconfronteerd met haar ambivalente gevoelens jegens de liefde en het moederschap.

Een heel speciaal boek, met een aparte sfeer bijna sprookjesachtig. Het hoofdpersonage, de vertelster die niet bij naam wordt genoemd werkt als vertaalster doet correctiewerk van essays en scripties, is proeflezer en kent maar liefst 11 talen. Ze is getrouwd maar in de donkere maand november vertelt haar man Thorsten zomaar dat hij een leven met haar niet meer ziet zitten. Komt daar nog bij dat hij een minnares heeft die zwanger is van hem. Daarnaast gebeuren er nog een aantal rare zaken, ze wint een vakantiehuisje dat ze mag laten plaatsen waar zij wil en na het invullen van een lottoformulier samen Tumi, het zoontje van haar vriendin Audhur wint ze de hoofdprijs, 44.523.622 kronen, die ze verdeeld met Tumi.
De vertelster wil alles op een rijtje plaatsen en een reis maken naar het oosten van Ijsland o.a. om een plek te zoeken voor haar zomerhuisje. Door de haar persoonlijke problemen vraagt haar vriendin Audhur aan het hoofdpersonage om langere tijd voor haar vierjarige zoon Tumi te zorgen. Niettegenstaande ze geen moederlijke gevoelens koestert neemt ze het jongetje toch mee op reis. Tumi is praktisch volledig doof en slechtziend, daardoor draagt hij hoorapparaten en een zeer zware bril.
Tijdens de hele roadtrip die vol is van ontroerende en humoristische wendingen verdiept de band  zich tussen de vertelster en Tumi. Ze leert zelfs gebarentaal. Er is heel wat aandacht voor het Ijslandse landschap, over de somberheid van de natte en koude winter, de bergen, bergkloven, de ze en de bevolking van het dorp waar haar huisje staat. Wat ze beoogde komt ze ook tegen, namelijk zichzelf en haar gevoelens in verband met liefde en moederschap. Ergens schrijft ze ‘in feite kan ik nauwelijks gelukkiger zijn omdat ik eindelijk begin te ontdekken wie ik ben.’
Wat doorheen het verhaal vrij belangrijk is zijn de passages uit haar verleden toen ze met haar broer en neven vele zomers doorbracht bij haar grootouders in het oosten van Ijsland, dit verklaart heel veel.
 
Een verhaal over familie, relaties of net geen relaties, hoe ze daar schijnbaar doorheen fladdert... Als een vlinder.
 
Lut Delanghe