De kat van de rabbijn

Een Sefardische rabbijn woont aan het begin van de twintigste eeuw met zijn dochter Zlabya, zijn papegaai en zijn kat in Algerije. Op een dag eet de kat de papegaai op, waardoor hij plotseling kan praten. Als de rabbijn zijn misdaad ontdekt, wil hij dat het dier de Thora gaat bestuderen om een goede joodse kat te worden. Daarop heeft hij vele gesprekken waarbij hij zich afvraagt wat het geloof precies inhoudt, wanneer hij zijn bar mitswa mag doen, of hij dan de kabbala mag bestuderen en hoe hij de gunsten van de mooie Malika kan winnen. In De kat van de rabbijn voert Joann Sfar een eigenwijze kat als onverwachte verteller op. De prachtige verhalen bieden een even hilarische als leerzame kijk in de kleine wereld van de joodse gemeenschap. In dit boek zijn de vijf oorspronkelijke delen voor het eerst in het Nederlands bij elkaar gebracht.

In deze volledige versie worden alle vijf delen van de Kat van de Rabbijn in één boek gebundeld. Dit is een katten-epos, wie van katten houdt moet dit lezen maar je kan uiteraard ook gewoon genieten van een plezante kijk over de kunst om te leven.
Alles start in Algier in de jaren dertig van de 20° eeuw. De kat van de Rabbijn, smoorverliefd op de sensuele Zlabya, dochter van de rabbijn verorbert de huispapegaai waardoor hij plots kan praten. Hij zwijgt niet meer maar liegt gedurig dus vraagt de rabbijn dat hij de Thora gaat lezen om een goed inborst te krijgen. Het is de start van vijf verhalen over alle facetten van het mensdom gekaderd in Algiers en Frankrijk. Gewoon schitterend werk. De wijze waarop de gesprekken tussen mens en dier worden weergegeven zijn grandioos in zijn eenvoud. Dit boek brengt je op een boeiende maar vooral speelse wijze veel bij over het hoe en waarom van het Jodendom.