Al wat schittert
1866, en Walter Moody is naar Nieuw-Zeeland gekomen om zijn geluk te beproeven. Wanneer hij arriveert in het Crown Hotel stuit hij op een groep van twaalf mannen die in het geheim bijeen zijn gekomen om een reeks onopgeloste zaken te bespreken. Een rijke man is spoorloos verdwenen, een prostituee heeft getracht haar leven te beëindigen en in het huis van een dronkaard is een fortuin gevonden. Moody raakt tegen wil en dank verstrikt in het mysterie: een web van lot en toeval, met een grillig en prachtig patroon als de sterrenhemel.
Al wat schittert van Eleanor Catton is een duizelingwekkende roman, met een ingenieuze opbouw en een rijk taalgebruik. Catton schept een prachtige wereld: een wereld waarin nog veel ontdekt moest worden, bevolkt door avonturiers, waarzeggers en goudzoekers – kortom, een magische plek. Ze vestigt zich hiermee definitief als een ster aan het literaire firmament.